|
Etappe 10 Het hotel boven op de Col d'Osquich was zeker een goed hotel maar leidde tot de nodige stress doordat het ritme, de rituelen en de slaapindelingen behoorlijk verstoord werden. Gelukkig kunnen we ons snel aanpassen en bovendien smaakte de wijn gisteravond voortreffelijk …… Vandaag zou het allemaal echt gaan beginnen na “29 overgangsetappes”. Het route kaartje bevestigde dit met 2 cols van de buiten categorie, 1 x 2 de categorie, 1 x 3 de categorie en 1 x 4 de categorie. De namen en indexeringen alleen al waren schrikwekkend: Col de Burdincurutcheta, 12km & index 8.2, Col de Hegui-Xouri, 6km & index 2.8 en de Col de Soudet, 22km & index 7.2. Maar de mannen laten zich niet kennen en om 8.30u stond iedereen weer fris aan het vertrek, en de mist veroorzaakte nog heel even vertwijfeling over de kleding keuze (uiteindelijk gewoon korte broek, korte mouwtjes). Tot zover het gezamenlijk gedeelte. Tot zover ook de grote verhalen over hoge gemiddeldes, sprintjes bergop, strijd om de eerste plaats en de indruk dat het allemaal heel gemakkelijk gaat. Want als de camera's uit zijn, de journalisten al lang naar huis zijn, de kopmannen allang op de massage tafel liggen, komen er nog coureurs binnen. In wielerjargon wordt dit fenomeen “de bus” genoemd waar de buschauffeur het tempo aangeeft en de bus op tijd binnenbrengt. Ik zit al 3 dagen in de bus door een stijve knie (wellicht teveel geforceerd op de Puy Marie) en mijn beperkte klimcapaciteiten. In de bus is het gewoon afzien, bloed, zweet & tranen om te overleven en om op tijd binnen te zijn voor het brood met worsten. U zult zich wellicht afvragen of dit nu genieten is en of dit plezier oplevert. Het antwoord is Ja. Gewoon lekker toeren door Frankrijk, genieten van de pittoreske dorpjes, schitterende uitzichten en het mooie weer. Als je dan toch de keuze hebt: de hele dag op kantoor zitten of fietsen in de zon in Frankrijk …….. Bovendien moeten dezelfde kilometers als de “kopmannen” afgelegd worden en wordt de prestatie niet minder gewaardeerd. Goed, terug naar de koers. Deze etappe werd ingeleid door een korte klim van 3km. Op zich niets schrikbarends totdat blijkt dit tegen 12% gaat… Ter vergelijking, de Cauberg is 12%, maar dan ongeveer 200m! Helaas bleek dit een klein voorproefje op de Col de Burdincurutcheta, niemand weet hoe je dit precies uitspreekt, maar dat terzijde. Deze Col is door de organisatie met een index van 8.2 beloond en dat bleek meer dan terecht. 6km lang tegen 10-11%. Mooie is dat de Franse overheid om de kilometer een paaltje neerzet met daarop alle benodigde informatie: hoeveel kilometer het is tot de top, op welke hoogte je bent, welk gemiddeld stijgingspercentage komt in de volgende kilometer, kortom een prima middel om van kilometer naar kilometer te rijden. Ook een leuk moment om je zelf bezig te houden en uit te rekenen hoeveel tijd het kost om naar de top te rijden. Vervelend bijkomend effect is de straffe wind tegen. Mijn tellertje is begrenst op 6km per uur, voor de snelle rekenaars is 12km a 11%, tegen 6km/u een klim die 2 uur duurt! De snelle mannen zoals Tom en Sandor rijden hier zo 10-11km per uur, wat de klimtijd reduceert met 50%. Zo hard kan de koers zijn en zo ontstaan de verschillen. Intermezzo Luc en Lars Na gisteren te zijn geëindigd in een hotel aangezien er geen open camping, camping a la ferm etc. te vinden was werden de coureurs getrakteerd op een vijfgangen diner inclusief wijn en vanmorgen op een uitgebreid Frans ontbijt. Niets mis mee en slapen in een gewoon bed was misschien wel goed voordat de zwaarste etappe, volgens de coureurs, zou worden verreden. De kamerverdeling in het hotel leverde een verrassing op. De normale bedmaatjes deelden nu met een ander het bed. Wilco kwam terecht op de kamer van het dynamische duo en is er maar meteen tussen in gaan liggen…. Kennelijk schijnen Luc en Lars te snurken hetgeen wij eigenlijk wel betwijfelen. Vanmorgen bleek er mist te hangen rond de col waar we zaten. Dit leverde toch wel wat verschillende ideeën op over de hoeveelheid kleding en wel of geen mouw/beenstukken. Sandor kwam als laatste aan het vertrek, wellicht vanwege wat spanning voor deze grote dag. Maag van streek was het gevolg. Enfin, de coureurs vertrokken bijna op tijd. Terwijl Lars en ik de kamers nog even naliepen op achtergebleven spullen en Lars het hotel ging betalen was Tom weer teruggereden om zijn teveel aangetrokken kleding weer terug te brengen en aan de spiegel van de camper te hangen. Goed, onze dag dan verder. Het zou een dag worden om niet te vergeten. Plan was om zo snel mogelijk naar de beoogde camping in de buurt van Escot te rijden om dan in de middag nog een beetje te genieten van het geweldige weer. Helaas jullie begrijpen het al, het was weer eens een aparte dag voor ons. Op de weg vanuit het hotel stonden er eerst paarden op de weg. Vervolgens ging de reis voorspoedig. In een van de dorpen onderweg boodschappen gedaan en gezorgd dat alle fans van dit team weer een etappeverslag konden lezen. De beoogde camping bleek 6 kilometer buiten Escot te liggen en wel op de beklimming van de Marie-Blanque. De camping werd gevonden en wij moesten een pad naar beneden rijden. We vroegen ons op de weg nog af of we maar beter eerst naar beneden zouden lopen om te zien of hij open was. Niet doen natuurlijk dus toch naar beneden gereden en jullie begrijpen het al we kwamen voor een gesloten hek, want de camping was gesloten. Normaal geen probleem natuurlijk maar in dit geval stonden we dus op een smal pad. Naast de ingang was een weggetje met een bruggetje van ongeveer 2 meter breed. Dit bleek net genoeg te zijn om de camper dwars te kunnen zetten. Op dat punt had Lars 40 cm voor en 40 cm achter de camper. Zie de foto. Navigator Luc op de knieën om te zien of we bij het heen en weer steken niet ergens tegen aan zouden rijden. In een prima samenwerking is het ons uiteindelijk gelukt om weer weg te komen. Vervolgens een groot deel van de route teruggereden, omdat de col na Escot overrijden voor de coureurs geen prettig idee zou zijn. Door één van de mensen die we hadden gevraagd werden we verwezen naar de camping waar we nu staan. Typisch Frans en we hebben ons maar op het voorterrein geplaatst bij het washuis en om zo snel mogelijk weer weg te zijn. Opvallend is dat in dit toch echt hele mooie gebied zo weinig aandacht is voor toerisme. Er zijn weinig campings en hotels te vinden. Vanaf morgen wordt het voor ons echt leuk. We rijden het grootste deel van het parcours van de 100 cols, zodat we dus ook de hoge cols kunnen gaan beklimmen. Gelukkig komen we dan in een gebied met meer toerisme en meer campings. Als het aan ons ligt krijgen de jongens morgen een camping met zwembad en glijbaan. Vervolg van heroïsche verhaal
Eenmaal op de top is er geen eer te behalen. Kaal landschap, af en toe wat skiliften, geen restaurant, geen mensen …. Alleen wat koeien en schapen zijn getuige van je prestatie. De afdaling is ook al geen prestatie. De parcoursbouwer heeft ons getrakteerd op de route uit de Tour van 1903, een gemiddeld boerenerf heeft een betere bestrating. Kuilen in de weg, weinig asfalt, geen vangrails en veel grind zijn ons deel. De Fransen zijn deze weg reeds lang vergeten, getuige het feit dat ik in 20km afdaling geen mens ben tegengekomen. Als je hier het ravijn in rijd is er geen hond die je terug vindt. Is dit nu de beloning voor de dag lang afzien? Achteraf bleek de hoofdweg naar beneden goed geasfalteerd en veel korter …. Over frustraties gesproken…. Op de top van de Soudet komt Tom als eerste boven, niet ver daarna Sandor. Zij besluiten om nog vol te koersen en ze rijden in volle vaart naar Asaph. Sandor blijkt diep gegaan te zijn en ploft neer op het comfortabele gras van de camping. Jeroen wacht op de top op Rene waarna ze uitbollen naar de camping. Ik stond helaas twee dorpen / 7 km verder in Escot, officieel de etappe plaats. Een telefoontje leerde dat de camping in Escot was dicht en het kampement in Asaph opgezet was. De SMS dienst heeft het laten afweten en na zo'n etappe is het altijd leuk om nog die extra 14km te doen en dat op legen bidons. Op zich niet erg, maar een Meetman en terugrijden is nog steeds geen goede combinatie (om maar te zwijgen om morgen nogmaals hetzelfde traject af te leggen wat ik vandaag ook al gedaan heb!). Een kleine binnensmondse vloek bleef dan ook niet uit…. Al met al toch een mooie, maar loodzware etappe. Groeten, Wilco Quote van de dag: "'Chaussee Deformee' waarschuwden de verkeersborden tamelijk overbodig. Daar waren de Fransen goed in. Als ze ook maar 2% van het budget om verkeersdeelnemers te waarschuwen voor een slecht wegdek, zouden besteden aan het repareren ervan, zou Frankrijk de beste wegen van Europa hebben." (Tim Moore)
|